“Geld is geen goud waard, vriendschap wel”
“Geld is geen goud waard, vriendschap wel”; deze wijze woorden sluiten een leuk gesprek af dat wij met een Tibetaanse Monnik hebben gevoerd. Onze ogen dwalen af naar de bergen in McLoud Ganj, Noord India, terwijl we nippen van een heet kopje ginger lemon honey tea. Een stukje Tibet in India.
Nadat wij onze reisdip hebben uitgezeten in Amaritsar, gaan we met frisse energie en nieuwe doelstellingen richting McLoud Ganj. Een bergdorpje in Noord India waar de Tibetaanse regering in ballingschap met smart wacht op een terugkeer naar Tibet. Met de GPS coordinaten van andere reizigers denken we dat er een ideale bestemming op ons wacht. Helaas vertellen de coordinaten niet hoe de weg ernaartoe eruit ziet!
Claire kijkt als een volleert navigator op het GPS apparaat: De noordpijl wijst rechtdoor, als we kunnen kiezen uit drie wegen. We nemen de middelste. Een smal weggetje dat met iedere haarspeldbocht smaller wordt. Door het regenachtige weer van de afgelopen weken is de helft van de weg in het ravijn ingestort en vragen we ons af, of dit wel een weg is. We moeten alle hens aan dek halen om boven te komen. Omdraaien is niet mogelijk, omdat de weg te smal is. De haarspeldbochten zijn zo nauw en steil dat Leon vijf keer moet steken om de bocht te nemen.
Terwijl Leon de handrem, het stuur en het gas bedient, drukt Claire de hoge gearing naar voren om te zorgen dat deze in de versnelling blijft zitten, anders rollen we gewoon naar achteren. Miles worstelt zich naar boven. Tegen de tijd dat we te top bereikt hebben, staat het zweet op Leon zijn voorhoofd en kan Claire eindelijk haar hoofd weer boven het dashboard tillen en de versnellingspook loslaten. We zijn blij dat we het overleefd te hebben. Als we het dorpje binnenrijden, zien we tegenover ons een grote bus aankomen. “Hoe is die in Godsnaam boven gekomen”, roepen we allebei tegelijk. “Dat kan toch niet!”.
Later zien we op een landkaart van het Tourist Office dat er ook een andere weg naar boven gaat en dat wij gekozen hadden voor het voetpad!
Tja, GPS pijlen volgen in de bergen is toch iets anders dan een rechte lijn nemen in de woestijn, zullen we maar zeggen. We nemen in iedere geval de busroute terug.
Vriendschap
‘Vriendschap moet je zien als een carriere. Hoe meer je je best doet, des te meer haal je eruit’, vertelt Nwanga een Tibetaanse monnik die we in McLoud Ganj hebben leren kennen. De Boeddhistische monnik neemt ons mee voor een rondleiding door zijn tempel om daarna in een klein theehuis zijn visie te geven op het leven en onze vragen te beantwoorden.
Gevlucht voor de Chinese onderdrukking hebben de meeste monniken een helse tocht over de Himalaya achter de rug. Zonder voldoende proviand en kleding tegen de kou, bestegen zij bergen, rond Mount Everest, van meer dan 6000 meter om een beter toekomst te vinden in India. Niet iedereen heeft het geluk om deze tocht te overleven. Zijn ogen verbleken als hij vertelt hoeveel vrienden hij heeft achtergelaten in de vrieskou. ‘In de winter heb je de meeste kans van slagen, omdat de grenspatrouilles zich verschuilen in hun warme onderkomens. Dan is het tijd om je kans te wagen, maar niet zonder consequenties’, blikt onze nieuwe vriend terug.
Sinds 1959 wonen hier in McLoud Ganj vele Tibetanen met hun spirituele leider, de Dalai Lama. Helaas is hij om dit moment op reis en bestaat er geen kans om hem te ontmoeten. ‘Anders had ik jullie graag meegenomen’, grapt Nwanga. Volgens de monnik heeft het ook niet meer zoveel zin om naar Tibet te gaan om zijn cultuur te proeven. ‘De Chinezen zijn erg hard op weg om onze cultuur in Tibet te vernietigen. Hier in McLoud Ganj doen wij er veel aan om de geschiedenis en cultuur van ons volk in ere te houden. Hier is het klimaat heel anders en is het voor iedere monnik aanpassen. Je hebt in Tibet bijvoorbeeld ook geen muggen en nu moet ik mijzelf beschermen tegen die kleine beestjes die ik natuurlijk niet dood sla. Neem daarom vooral je tijd om hier een goede kijk te nemen. Dit lijkt tegenwoordig meer op het echte Tibet dan Tibet zelf’, promoot hij het bergdorp.
Zijn telefoon rinkelt. Na een kort gesprek, verontschuldigt hij zich voor zijn luxe dat hij mobiel kan bellen. De moeder van zijn beste vriend is overleden. Claire vraagt wanneer hij iemand ‘beste vriend’ noemt. Volgens Claire is het zonder luxe, vrouwen en geld, moeilijk om vriendschap te testen. Hoe weet hij dan wanneer iemand zijn beste vriend is. ‘Dat is eigenlijk heel gemakkelijk’, legt hij uit. Je moet geen selectie maken, je moet erna streven om al je vrienden, je beste vriend te laten zijn. Ik heb alleen beste vrienden’, glimlacht hij.
Momo’s
We hebben honger gekregen na al dit praten. Op de achtergrond horen we drie Amerikanen enthousiast vertellen over een kookcursus. Zij leren in drie avonden Tibetaans koken. Beide staan we niet echt bekend om ons kooktalent, men noemt ons ook wel ‘Raw en black’. Maar het is nooit te laat het te leren! Samen met de Amerikanen lopen we richting onze nieuwe avontuur. Jubelend om iets nieuws te leren, betreden we een kleine studentenkamer van nog een vluchteling uit Tibet. Vanavond gaan we brood maken. ‘Daar hebben we in Nederland machines voor’, een grap die hij duidelijk niet snapt. We houden onze mond en letten goed op.
Wij moeten om de beurt kneden en geduldig wachten op het eindresultaat. Wat we geleerd hebben mogen we thuis in onze eigen keuken beoefenen. Hij heeft liever geen zwarte rook op zijn kamer. Voor degene die dit lezen en zelf ook een Tibetaans gerecht willen leren; jullie zijn bij dezen van harte uitgenodigd om bij onze terugkomst een les te volgen. Morgen leren we Momo’s te maken. Jummie.
Zicht op Annapurna
De reisverhalen van Miles To Go brengen ons af en toe naar het paradijs. In dit geval een hilarisch tocht voor een uitzicht op de Annapurna.
Nepal op zijn kop
In Nepal volgen we een wildwater cursus kayakken. We kamperen aan de wildwater rivier aan de Chineese grens en leren alles over eskimoteren.